Groene IT is inmiddels al over de grootste hype heen. Wie geen groene IT levert, doet niet meer serieus mee. Maar waaruit die groene IT bestaat, is voor veel afnemers onduidelijk. Als er maar groen voor staat, lijkt het devies te zijn. Maar hoe trekken we echt de verantwoordelijkheid naar ons toe voor de natuur en hoe komen we daarmee tot een echt duurzaam ICT beleid?
De ICT-sector is wereldwijd verantwoordelijk voor ongeveer 2% van alle uitstoot van de broeikasgassen. Het grootste deel daarvan ontstaat doordat IT-apparatuur ingeschakeld blijft staan, ook op momenten dat dit niet nodig is. De meeste uitstoot wordt immers veroorzaakt door het verbruik van energie. Willen we samen de uitstoot verminderen, dan kan ICT daar dus een rol in spelen. Domweg door energiezuinige apparaten te gebruiken en apparatuur uit te schakelen wanneer dit niet meer nodig is.
Thuis kan dat eenvoudig door bijvoorbeeld printers uitzetten als ze niet nodig zijn en computers niet na gebruik in een slaapstand te zetten maar echt uit te schakelen. Als dat ondersteund wordt, kan men in bijvoorbeeld ADSL modems van providers de slaapstanden activeren voor de nacht en werktijden wanneer er toch niemand thuis is. Veel mensen doen dit al, of in ieder geval gedeeltelijk. Logisch, want als je dit niet doen, merk je dat in je eigen portemonnee en wie wil daar nu een dief van zijn?
Binnen organisaties werkt de koppeling tussen verbruik en geld helaas vaak minder goed door. Als een printer ’s nachts aan blijft staan, ontvangt men op het einde van de maand niet minder salaris. Beleid richting bewustmaking in combinatie met enkele technische voorzieningen lijken samen dan de beste oplossing te kunnen leveren.
Op onze website staat dat Panthera BV, met een bioloog als directeur, het milieu en duurzaamheid vanzelfsprekend hoog in het vaandel heeft staan. En dat is ook zo: bij ons beperkt zich het “groene” niet alleen tot het aanbieden van groene producten die door anderen geproduceerd zijn. Ons milieuprogramma wordt teruggevonden in onze gehele bedrijfsvoering.
Vanzelfsprekend letten wij op het beperken van het verbruik en type van energie. Dit doen wij onder andere met behulp van virtualisatie, daar waar mogelijk het gebruik maken van groene energie en cloud computing. Tevens schakelen we voor de systemen waarbij dit mogelijk is, spaarstanden in om energiezuiniger te kunnen werken en zetten we ze uit als ze niet meer nodig zijn. Voor een aantal van de door ons geplaatste routers betekent dit maar liefst een energiebeperking tot soms wel meer dan 65%.
In een van de datacenters van Panthera BV waren de server racks in het midden van het (standaard opgeleverde) pand geplaatst. Om deze ruimte te koelen, was het nodig om zware voorzieningen (lees vooral industriële airconditioners) continue te laten werken. Deze “luchtbehandelaars” verbruikten meer energie dan de servers van een compleet gevuld rack.
We hebben dit veranderd door de serverruimte bouwtechnisch te verplaatsen naar de zijkant van het pand. Hierdoor kunnen we op de minder hete dagen direct voordeel behalen door enerzijds de warmte te gebruiken het eigen pand te verwarmen en anderzijds is het mogelijk geworden natuurlijk te koelen. Er zijn dagen dat het koelen met apparatuur hierdoor niet meer nodig is. We hebben alleen al de energiekosten voor de luchtbehandeling met deze ingreep met meer dan 50% teruggebracht. De verminderde slijtage en verminderde onderhoud- en beheerkosten van deze apparatuur nog niet eens mee gecalculeerd.
Ook aan eigen personeel vragen we niet gebruikte apparatuur, zoals monitoren, computers en printers in de kantoren, zoveel mogelijk uitgeschakeld te houden. Vanzelfsprekend spreken we ze aan om onnodig, of te intensief gebruik van bijvoorbeeld verwarmingen en airco’s te voorkomen. We brengen papier weg ter recycling, gebruiken spaarlampen, doen zoveel mogelijk digitaal en ga zo maar door.
Dit werkt goed, maar er zijn altijd verbeteringen mogelijk. In deze tijd zijn we allemaal zo gewend aan goede verwarming, dat het dragen van warme kleding in de herfst of winter minder logisch lijkt te zijn geworden. Ook hebben we gemerkt dat mensen het bijvoorbeeld eerder te warm vinden dan dertig jaar geleden. Airco’s gaan eerder aan, ook omdat ze er gewoon zijn. Dat een openstaand raam goed werkt, weten we wel, maar brengt ook enig ongerief met zich mee, zoals de mogelijkheid tot tochten. Iets waar we eerder blijkbaar minder problemen mee hadden. Ook voor deze dingen hebben we aandacht, al blijkt dat in praktijk wat moeilijker te liggen.
Als Panthera BV zijn we echter overtuigd dat milieubeleid niet iets is van de organisatie alleen, maar van het bedrijf en haar medewerkers als geheel. Het heeft weinig zin om een gloeilamp uit te zetten maar wel altijd de vijf kilometer woon-werk verkeer met de auto af te leggen. Anderzijds helpen alle beetjes en het werk en leven moeten handelbaar blijven. Zo vernamen wij van een organisatie waarbij de kwaliteitsmanager beeldschermen en verlichting uitschakelde als iemand even de kamer uitliep. Dat leek op een collega bij ons die in zijn enthousiasme de verlichting in onze keuken steeds uitschakelde zodat wij bij het halen van koffie of thee, steeds opnieuw de TL-verlichting moesten inschakelen. Het moet dus wel werkbaar blijven, en daarvoor zijn we met elkaar in dialoog.
Dat wat we met ons milieubeleid nastreven, draagt bij aan de invulling van het MVO-beleid (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) waar we als organisaties allemaal mee te maken hebben. Het is ook een thema waarvan nagenoeg iedereen in Nederland aangeeft er betrokken bij te zijn. Maar wie zich bedenkt dat ongeveer 65% van de werkplekken buiten kantoortijden aan blijft staan, en bijvoorbeeld dat de meeste auto’s in de file slechts een passagier (de bestuurder) bevatten, moet daaruit toch tot een aantal conclusies of in ieder geval tot een aantal vragen komen.
Voor wat betreft de ICT voorzieningen kennen we een aantal technische zaken die ondersteuning kunnen bieden aan een milieubeleid. Er bestaan bijvoorbeeld centraal geregelde systemen die er voor zorg kunnen dragen dat computers automatisch afsluiten op een bepaald tijdstip. Die systemen zorgen voor het behoud van eventueel nog openstaande documenten en werken dus zonder dataverlies. Handige zaken wanneer we niet in staat zijn om de problematiek in voldoende mate op te lossen op de werkvloer.
Ook voor serverruimtes zijn dergelijke zaken mogelijk. Stel dat er tien webhosts in opgesteld staan waarop verschillende websites draaien. Sommige van deze websites (intranet) hoeven misschien niet 24 uur per dag online te zijn, andere worden ’s nachts veel minder bezocht dan overdag. Er bestaan systemen die de websites en gevirtualiseerde webhosts kunnen verplaatsen naar andere servers om daarna de overbodige hardware te kunnen uitschakelen. ’s Ochtends, vlak voordat de bezoekersaantallen weer toenemen, worden deze dan weer geheel automatisch operationeel gebracht. Dit kan ook met bijvoorbeeld terminal servers of andere servers.
Om echt duurzaam te kunnen werken, moet je als organisatie volgens ons echter niet minder uitstoten, maar niet meer uitstoten. Een beetje stelen is immers ook stelen. En wie de lat nog hoger legt, wat ons wel is toevertrouwt, en wat in deze tijd zeker wenselijk zou zijn, verbruikt de broeikasgassen in plaats van dat hij ze produceert.
Met al haar beleid, voorzieningen en milieubewuste collega’s, heeft Panthera BV dat nog niet voor elkaar. We produceren nog steeds meer broeikasgassen dan dat we verbruiken. We zijn dus hooguit minder slecht dan voorheen, maar nog niet goed voor de natuur. We zijn ons hier heel bewust van en doen wat in onze macht ligt om ooit te kunnen zeggen dat we ons streven op dit gebied hebben bereikt.